Silver Certificate voor Sense van Herman Miller

Sense, het plug and play tafelconcept van Herman Miller

heeft een cradle-to-cradle certificaat (zilver) ontvangen van Epea.

Tijdens een bijeenkomst in HME Learning & Experience Centre (LEC) in Krefeld toonde ontwerper Daniel Korb uit Zwisterland het concept. 'Het is een holistische kijk op de wereld. Sense is een eenvoudig en intuïtief ontwerp dat al naar de gelang de behoefte uitgebreid en veranderd kan worden.'

Het concept gaat uit van het idee dat mensen hun meubilair snel en zonder gereedschap aan hun behoefte moeten kunnen aanpassen. Dat kan met Sense met een kliksysteem, vergelijkbaar met Lego of Knex. Bovendien is het duurzaam, omdat onderdelen gemakkelijk kunnen worden vervangen. Voor het ontwerp heeft Herman Miller 5 patenten aangevraagd.

Op afstand vergaderen tijdens klimaattop

Tijdens de VN-klimaattop in Kopenhagen kunnen afgevaardigden en collega's op op afstand vergaderen met Cisco TelePresence en andere technologieën.

Cisco's Global Climate Change Meeting Platform verbindt het Bella conferentiecentrum in Kopenhagen met een aantal parlementsgebouwen, VN- en Cisco-locaties wereldwijd via een beveiligd IP-netwerk, zal live video-, audio- en webconferencing-faciliteiten verlenen aan vijftien- tot achttienduizend afgevaardigden uit meer dan 192 landen en zo'n vierduizend persvertegenwoordigers. Belanghebbende partijen van over de hele wereld zijn hierdoor in staat besprekingen over het vraagstuk van klimaatverandering te voeren zonder de tijd, kosten of CO2-uitstoot die reizen met zich meebrengt.

Het Bella Centre-conferentiecentrum in Kopenhagen wordt uitgerust met vier Cisco TelePresence-kamers, die het gevoel geven dat zowel de aanwezige als externe deelnemers in dezelfde ruimte zitten. Deze kamers komen via een beveiligd privénetwerk in verbinding te staan met 75 Cisco TelePresence kamers, het Deens ministerie van Klimaat en Energie en een aantal Deense ambassades over de hele wereld. Andere locaties, die mogelijk verbonden worden met de conferentie, zijn het UNFCCC-secretariaat in Bonn, het UNEP in Nairobi, het VN-hoofdkwartier in New York en Palais des Nations en het UNICC in Genève.

ELBA sluit zich aan bij MVO Nederland

ELBA is partner geworden van MVO Nederland. Het bedrijf werkt naar eigen zeggen, niet alleen aan een economisch gezonde onderneming maar houdt ook voortdurend rekening met het effect van bedrijfsactiviteiten op het milieu en met de menselijke aspecten binnen en buiten het bedrijf.

Bert Janssen, directeur: “Het MVO partnership past in de bedrijfsstrategie die Groupe Hamelin, waar ELBA onderdeel van uitmaakt, heeft op het gebied van duurzaamheid en bewust ondernemen. Naast dit MVO partnership zijn we sinds februari 2009 aangesloten bij de Paper by Nature association. Een onafhankelijke organisatie die alle duurzaam geproduceerde ELBA kantoorartikelen heeft gecertificeerd met het Paper by Nature eco-label. Met deze onafhankelijke eco-certificering geven we aan serieus werk te maken van milieuzorg, één van de pijlers van MVO. We realiseren ons terdege dat de omschakeling naar volledig MVO een lange termijn ontwikkeling is, maar we werken hier actief aan en willen stap voor stap onze bedrijfsvoering verder verduurzamen”.

Duidelijke MVO-normen voor de wereldwijde elektronicasector

De nieuwe publicatie 'Reset' die vandaag is gepubliceerd door het MVO Platform en het GoodElectronics-netwerk, biedt bedrijven MVO-normen voor het omgaan met mensenrechten en milieukwesties in de mondiale toeleveringsketen van de elektronicasector.

Reset pleit voor grotere betrokkenheid van maatschappelijke organisaties, met name vakbonden. Analyse toont aan dat de huidige MVO-inspanningen van de elektronicasector tekort schieten. Met vooruitstrevende initiatieven en aanbevelingen worden bedrijven aangespoord hun prestaties op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en milieuverantwoordelijkheid te verbeteren.
Maatschappelijk verantwoord ondernemen maakt bij bedrijven in de elektronicasector nog geen deel uit van hun core business. De nieuwe Engelstalige publicatie Reset. Corporate social responsibility in the global electronics supply chain geeft een ambitieuze visie op MVO.

Uitgangspunten die volgens het Nederlandse MVO Platform en GoodElectronics essentieel zijn voor de implementatie van een effectief en geloofwaardig MVO-beleid zijn o.a. ketenverantwoordelijkheid, betrokkenheid van stakeholders, transparantie en openbare verslaglegging.

Chris Kabel wint DOEN Materiaalprijs

Tijdens de afgelopen Dutch Design Week in Eindhoven ontving Chris Kabel de DOEN Materiaalprijs 2009, uitgereikt door het Materiaalfonds voor Beeldende Kunst and Vormgeving en Stichting DOEN.
Kabel wint een bedrag van € 15000 voor zijn ontwerp Seam Chair / Seam Bench. Volgens de jury was het ontwerp origineel, vernuftig en heeft een groot potentieel. De ontwerper gebruikte slechts een materiaal: polypropyleen, wat goedkoop is, niet giftig en volledig te recyclen. Door een innovatieve techniek te gebruiken, wist Kabel dit materiaal in te zetten voor een lichtgewicht en toch robuuste stoel.

De prijs, die dit jaar voor het eerst is uitgereikt, is bedoeld om duurzaam en innovatief materiaalgebruik te promoten in ontwerp, architectuur, mode en beeldende kunst.

De aanmoedigingsprijs van € 5000 ging naar Heleen Klopper voor haar methode Wool Filler, een doe-het-zelf-set om gaten in wollen truien en kleden te repareren.

De jury bestond uit Ursula Tischner, Ruud Koonstra en Arnout Visser.

Eerste kantoor met Platinum LEED certificaat

Het Kantoorgebouw TransPort heeft het hoogste punt bereikt. Het gebouw, waar Martinair en transavia.com zich gaan vestigen is het eerste gerealiseerde kantoorgebouw in Nederland zijn met het Platinum LEED certificaat.

Het gebouw voldoet aan de hoogste eisen van duurzaam bouwen. De ontwikkeling en bouw van het kantoor vindt plaats conform twee methodieken voor duurzaam bouwen op het hoogste niveau: het Platinum-certificaat van het internationale Leadership in Energy and Environmental Design (LEED) en het 'very good' duurzaamheidskeurmerk van de Nederlandse Dutch Green Building Council methodiek van BREEAM-NL Nieuwbouw.

In het ontwerp en in de richtlijnen voor de bouw van TransPort zijn diverse richtlijnen opgenomen om te voldoen aan het duurzaamheidscertificaat. Zo wordt gebruik gemaakt van een optimale combinatie van duurzame installaties en milieuvriendelijke materialen:
-het binnenklimaat wordt door warmte-koude opslag in de bodem in combinatie met betonkernactivering in de vloeren gelijkmatig en constant gehouden;
- het gebouw bestaat uit een hoog- en een laagbouw. Op het dak van de hoogbouw wordt -circa 1.100 m² aan zonnepanelen geplaatst die 92.500 kWh energie per jaar opwekken en hiermee 5% van het totale verbruik van het gebouw verzorgen;
-op het dak van de laagbouw zorgt een gras-sedum vegetatiedak voor een extra isolatielaag die opwarming tegengaat. Het groendak vormt tevens een natuurlijke waterbuffer en neemt CO2 op;
-daarnaast wordt, door diverse voorzieningen maar met name door het grijswatersysteem,een waterbesparing van 40% gerealiseerd en wordt in de toiletten gebruik gemaakt van gerecycled 'grijs' water;
-ook in het ontwerp én de vorm van het gebouw is rekening gehouden met slim gebruik van zon- en daglicht. Aan de zuidgevel verminderen lamellen de natuurlijke opwarming, de noordgevel daarentegen is juist zeer transparant om zoveel mogelijk daglicht te krijgen. Door het toepassen van betonkernactivering in de vloeren ontstaat er bovendien een vrije hoogte van 3,07 m waardoor het daglicht dieper in het gebouw kan komen.

Het duurzame concept en het architectonisch ontwerp zijn in samenwerking met Architectenbureau Paul de Ruiter uit Amsterdam tot stand gekomen. De bouw wordt gerealiseerd door Bouwbedrijf De Vries en Verburg uit Stolwijk.

OVG projectontwikkeling sluit overeenkomst voor 5.000 m2 kantoorruimte in Hoofddorp

ASICS Europe en OVG projectontwikkeling tekenden een overeenkomst voor de ontwikkeling en realisatie van een nieuw Europees Hoofdkantoor op de locatie Beukenhorst-Zuid te Hoofddorp. Het kantoorgebouw ter grootte van circa 5.000 m² is direct gelegen aan de Taurusavenue en biedt uitzicht op de Geniedijk, een werelderfgoed op de UNESCO-lijst.
Het gebouw wordt gekenmerkt door een centraal gesitueerd atrium waardoor veel daglichttoetreding en een aangename werkomgeving gegarandeerd zijn.

Het kantoor moet bieden aan het groeiende aantal werknemers van ASICS Europe. Het gebouw wordt in het derde kwartaal van 2011 aan ASICS Europe B.V. opgeleverd. Het is daarmee het tweede gebouw dat onderdeel is van een duurzaam plan dat OVG op deze locatie ontwikkelt. Het eerste gebouw dat wordt opgeleverd is het Green Office voor TNT.

Ook het gebouw van ASICS Europe B.V. moet tot de top van duurzame kantoren in Nederland gaan behoren. Zo wordt de benodigde energie voor verwarming en koeling van het gebouw lokaal duurzaam opgewekt met behulp van een bio-warmtekrachtkoppeling en zonnepanelen. Verder wordt het gebouw zodanig ontworpen dat trapgebruik wordt gestimuleerd. Hiervoor worden onder andere alle verdiepingen met elkaar verbonden door een centraal gelegen cascadetrap.

Cramer tevreden met Europese inzet eco-efficiënte economie

Minister Jacqueline Cramer van Ruimte en Milieu is verheugd met de Europese inzet voor een eco-efficiënte economie. Deze inzet is vastgesteld door de Europese milieuministers die in Luxemburg bijeen kwamen. Zij bespraken hoe de EU een economie kan realiseren waarin de druk op het milieu afneemt en er minder grondstoffen worden gebruikt.

Minister Cramer toonde zich “zeer verheugd” dat de Nederlandse voorstellen op dit terrein nagenoeg volledig overgenomen zijn.

De ministers zijn overeengekomen dat de investeringen in onderzoek en ontwikkeling moeten worden opgevoerd met duurzaamheid als kernvoorwaarde. Ook dient milieuvervuiling beter verwerkt te worden in de prijs van producten, bijvoorbeeld door vergroening van belastingstelsels en door de externe kosten te internaliseren in internationale productketens. Daarnaast zal de vraag naar duurzame goederen en diensten worden gestimuleerd door middel van duurzaam inkopen en eco-innovatie. De ministers riepen de Commissie ook op om vast te houden aan een ambitieuze inzet van de EU inzake het betalen voor ecosysteemdiensten tijdens de Conference on Biodiversity in 2010.

TU Twente opent C-2-C dependance in Venlo

Tijdens een congres van Steelcase over Cradle-to-Cradle verklaarde Dick Thesingh, van KVK in Venlo en de drijvende kracht achter de C-2-C gedachte in de regio, dat de Universiteit Twente volgend jaar een dependance opent, die zich specifiek gaat richten op Cradle-to-Cradle, met een begeleidende leerstoel.
Deze leerstoel zal dan worden bekleed door prof. Braungart van Epea, één van de grondleggers van Cradle-to-Cradle.

ISO 26000-gids biedt hulp bij invoering MVO

Nen publiceert de ISO 26000 gids. Deze moet organisaties helpen bij het invoeren van MVO volgens ISO 26000. Het geeft volgens het NEN Instituut antwoord op vragen als: Wat zijn de voordelen van MVO? Welke toegevoegde waarde heeft ISO 26000? Welke stappen zijn nodig om MVO te implementeren? Hoe kunnen de belangrijkste stakeholders betrokken worden? Waarom is ISO 26000 niet voor certificatie? Wat is de relatie tussen ISO 26000 en GRI?

De praktijkgids 'MVO volgens ISO 26000' is bedoeld voor directies, managers en medewerkers die willen weten wat duurzaamheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid concreet is en hoe MVO in de eigen organisatie ingevoerd kan worden.

De gids is in februari 2010 leverbaar. Bij voorintekening ontvangen lezers 10 euro korting.

Konica Minolta partner in VN Klimaatconferentie 2009

Konica Minolta is door de Verenigde Naties geselecteerd als partner in de VN Klimaatconferentie 2009. Die wordt in december in Kopenhagen gehouden en staat bekend als COP15 (the 15th Conference of the Parties).

De VN koos voor Konica Minolta omdat zij een aantal succesvolle milieuprogramma’s heeft lopen, waaronder het ZeroWaste Initiative. Konica Minolta past bovendien volledig in hetideaalbeeld dat de VN Klimaatconventie heeft geschetst. De samenwerking omvat tevens de inzet van meer dan 30 Konica Minoltabizhub kleuren-multifunctionals (MFP’s) en zwart-wit productieprinterster waarde van € 2 miljoen. Alle deelnemers zijn daarmee voorafgaand aan en tijdens de conferentie verzekerd van de nieuwste faciliteiten wat betreft printen, scannen, kopiëren en faxen.

De organisatie van COP15 rekent op 15.000 officiële deelnemers,inclusief de vertegenwoordigers van overheden, journalisten, leden vaninternationale organisaties en leden van non-gouvernementeleorganisaties.

Milieubeleid
Het milieubeleid van Konica Minolta is ISO-gecertificeerd. De multifunctionals van het bedrijf voldoen ruimschoots aan de Energy Star specificaties. Zij verbruiken, volgens het bedrijf, circa 50% van de energie van vergelijkbare apparatuur. Eén van de nieuwste modellen heeft zelfs een Typical Weekly Energy Consumption(TEC) die 60% lager is dan de nieuwste Energy Star specificatiesvoorschrijven. Vorig jaar kregen twee printsystemen van Konica Minoltade Energy Conservation Grand Prize for Excellent Energy Conservation Equipment van het Japanse Ministerie van Economische Zaken.

Onlangs heeft Konica Minolta ook de VN Global Compact overeenkomstgetekend. Dit samenwerkingsverband richt zich op serieuzewereldomspannende zaken zoals de klimaatverandering, milieuproblemen en sociale ontwikkelingen. Duurzame groei- en ontwikkelingsstrategieënspelen daarin een centrale rol.

COP15
Tijdens The Conference of the Parties 2009 in Kopenhagen worden door officiële internationale partijen onderhandelingen gevoerd en beslissingen genomen over wereldomspannende milieuaspecten. Doelstellingvan COP15 is te komen tot een solide en internationaal geaccepteerde overeenkomst om ambitieuze milieudoelstellingen te kunnen realiseren.

Wölbern Invest verwerft groen gecertificeerd Hoofdkantoor van Eneco

Wölbern Invest uit Hamburg heeftt het nieuwe hoofdkantoor van Eneco in Rotterdam verworven. Deze ontwikkeling is ondergebracht in een zogenaamd closed-ended fonds. Dit fonds wordt gelanceerd in het voorjaar van 2010. De financiële details van de transactie werden niet bekendgemaakt, zo meldt duurzaam vastgoed.

Het 25.000-m2 kantoor-complex in de Rotterdamse wijk Prins Alexander wordt door de Nederlandse ontwikkelaar OVG ontwikkeld als een CO2-neutraal gebouw. Dit gebouw wordt het nieuwe hoofdkantoor van energiebedrijf Eneco. De oplevering van het groene gecertificeerde gebouw is gepland voor 2011. Het gebouw zal voorzien in werkplekken voor 1400 Eneco medewerkers. Financiering voor het project wordt verzorgd door Nederlandse kredietverstrekker FGH.

Apiti ontdekt verborgen duurzaamheid

Apiti heeft tijdens het uitvoeren van MVO-scan’s bij MKB-ondernemingen met 30 tot 100 werkplekken ontdekt dat veel MKB-ondernemers meer aandacht geven aan sociale aspecten dan zij zelf denken.

Apiti voert voor haar leden gratis een MVO-scan uit. Hierbij wordt met behulp van ongeveer 600 vragen ingegaan op alle aspecten die betrekking hebben op maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Uit de uitkomsten blijkt dat MKB-ondernemers al heel ver zijn met hun sociale en energiebeleid. Met de uitkomst van de scan kan een stappenplan opgezet worden naar een volledig MVO-beleid.

Wat opvalt, is volgens Apiti, dat MKB’ers zich voornamelijk richten op energiebeleid en afvalvermindering (Planet) bij hun MVO-activiteiten, maar dat zij onbewust al veel verder zijn op het gebied van sociale aspecten (People). Het besef dat zij hun duurzame activiteiten kunnen inzetten tot kostenverlaging en omzetverhoging (Profit) is vaak niet aanwezig.

MVO inzichtelijk maken
Apiti adviseert MKB-ondernemers hun activiteiten op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen duidelijk te benoemen in een MVO-beleid. Dit kunnen ondernemers onder andere gebruiken bij allerlei communicatie-uitingen maar ook om anderen te helpen door hun best-practices, kennis en ervaring te delen. Voor diverse branches komen steeds dezelfde punten naar voren. Apiti heeft voor diverse branches stappenplannen opgesteld waarmee ondernemers met minimale begeleiding zelf een MVO-beleid kunnen opstellen.

Prijs voor Woningcorporatie

Wie wil er nu niet werken in dit duurzame kantoor?

Woningcorporatie De Woonplaats ontving onlangs de Twentse Vastgoedprijs voor haar nieuwe hoofdkantoor in Enschede. Het kantoor werd gebouwd door architectenbureau Rau uit Amsterdam.

Het kantoorgebouw kenmerkt zich niet alleen door zijn duurzaamheid wat betreft flexibiliteit, binnenklimaat en energie efficiëntie. Het heeft ook een opvallend torderende en naar boven verbredende vorm.

Gelegen aan de A35 net buiten het centrum van de stad vormt deze vestiging van De Woonplaats het entreegebouw van het nieuwe werk- en woongebied Zuiderval.

Alliantie onderzoekt Carbon Footprint

De PrintCity Alliance werkt aan een nieuw initiatief om de 'Carbon Footprint & Energy Efficiency' in de print- en verpakkingsindustrie te onderzoeken.

Het doel van het onderzoek is te analyseren hoe Carbon Footprint kan worden gemeten en gebruikt, om hierdoor betere processen te bereiken en de impact op het milieu te minimaliseren.
PrintCity zet een netwerk op met andere organisaties op Europees niveau. Zij worden uitnodigd mee te helpen bij dit onderzoek.

PrintCity deelnemers die hierbij betrokken zijn: manroland, UPM, Sun Chemical, Kurz, Trelleborg, Sappi, Faist, MKW and M-real, en project partner Kodak.

PrintCity publiceert een PrintCity best practice guide in 2010.

Projext XX in 1999

Interessant artikel op de site facilitaire info van Leo Hooijmans over een kantoor in Delft. In 1999 werd dit kantoor, met de naam Project XX gebouwd, met de doelstelling het gebouw te ontwerpen en bewonen voor een periode van 20 jaar.

Realiseer een gebouw dat maximaal twintig jaar meegaat en kies er de materialen bij die in diezelfde periode tot stof zijn vergaan of helemaal hergebruikt kunnen worden. Wat blijkt halverwege: een langere levensduur is niet altijd beter. En, een ontwerp is duurzaam wanneer materialen zijn gekozen die passen bij de verwachte levensduur.

Cool Products, Warm Homes

Het manifest Cool Products, Warm Homes van verschillende milieuorganisaties, waaronder het WWF en stichting Natuur en Milieu, wordt vandaag gepresenteerd tijdens een conferentie over energiebesparing in het Europees Parlement in Brussel.

De organisatie vraagt de Europese Unie de volgende maatregelen te nemen:

- Stel een verplicht 20procent energiebesparingsdoel vast voor 2020, net als de verplichte doelen voor CO2-uitstoot en duurzame energie
- Maak meer samenhangende regelgeving en schep heldere verantwoordelijkheden
- Stimuleer forse energiebesparing en renovatie van bestaande woningen in de EU
- Sta alleen de meest efficiënte verwarmingsapparaten en aircos toe op de Europese markt
- Wijzig financieringsstromen als dat nodig is om energiebesparing te stimuleren.

Europa moet de huidige regels voor energiebesparing in woningen en kantoren snel aanscherpen. Daarmee kan het energieverbruik in deze gebouwen, volgens het manifest, binnen tien jaar met een derde verminderen.

Provincie koopt C2C-papier in van Van Houtum Papier

De provincie Limburg is de eerste overheidsinstantie in Nederland die is overgegaan op volledig milieuvriendelijk hygiënisch papier. Bovendien is de Provincie de eerste organisatie aan wie producent Van Houtum Papier het papier levert.

Donderdag 1 oktober nam gedeputeerde Bert Kersten in Maastricht dan ook als eerste klant het zogenoemde Cradle to Cradle (C2C) papier in ontvangst uit handen van Henk van Houtum, algemeen directeur van Van Houtum Papier uit Swalmen. Deze zelfstandige papierproducent voert onder de merknaam Satino Nature als eerste en enige tissuefabrikant ter wereld het C2C-certificaat van het Amerikaanse bureau MBDC. Daarmee is gewaarborgd dat het productieproces de biologie niet negatief belast.

De Provincie en Van Houtum Papier hebben elkaar gevonden in hun streven naar duurzaamheid. De provincie Limburg ziet C2C als een duurzaamheidconcept waarbij nieuwe, bewustere manieren van bouwen en produceren focussen op drie doelen:
1) het milieu ontzien;
2) het welzijn van de mensen versterken;
3) economisch perspectief bieden.

Gedeputeerde Bert Kersten onderstreept dat C2C een andere manier van denken vergt: “Het is echt een fundamentele omslag waar een lange adem en doorzettingsvermogen voor nodig zijn.”

Duurzame merken zijn onbekend

Nederlanders maken zich onverminderd zorgen over hoe we met onze planeet en de mensen die daarop leven omgaan. Duurzame merken hebben bij consumenten een streepje voor. Het is opmerkelijk dat slechts vier op de tien Nederlanders spontaan een duurzaam merk kan noemen. Gebrek aan communicatie en transparantie van bedrijven speelt daarbij ongetwijfeld een rol. Dat blijkt uit onderzoek van Schuttelaars & Partners.

Consument krijgt goed gevoel bij duurzaam merk, maar kent ze niet
Dit is een van de conclusies uit het Duurzaamheidkompas #2 2009, een periodiek onderzoek onder ruim vijfhonderd respondenten naar de meest actuele duurzaamheidthema’s. Duurzame merken staan bij veel consumenten in een positief daglicht; vooral hoger opgeleiden schaffen ze eerder aan en werken liever voor een duurzame werkgever. Duurzame merken kenmerken zich volgens de consument door kwaliteit, lange levensduur en eerlijke handel. Slechts vier op de tien Nederlanders is in staat om een duurzaam merk te noemen. Kan men dat wel, dan denkt men aan Philips en Max Havelaar. En zijn Shell en Hummer merken die volgens de consument bij uitstek niet duurzaam zijn. Wantrouwen, gebrek aan communicatie en transparantie spelen een grote rol bij het oordeel van consumenten over duurzame merken.

Verder komt uit het onderzoek naar voren dat de Nederlander zich zorgen maakt over tal van duurzaamheidissues. Hierbij hebben de verdwijning van het regenwoud en de vermindering van de aandacht voor de medemens in de buurt de hoogste prioriteit. Planet thema’s domineren de top-10 van duurzaamheidthema’s. Gevraagd naar waar men zich persoonlijk het meeste zorgen over maakt zetten hoog opgeleiden het verdwijnen van het regenwoud op de eerste plaats in hun top-10. Laag opgeleiden zoeken het dicht bij huis. Zij zetten verminderde zorg en aandacht voor de medemens in de buurt op nummer 1. Ook andere duurzaamheidthema’s – zoals het leegvissen van zeeën, de vervuiling van oceaan en bodem, kinderarbeid, gebrek aan vrijheid van meningsuiting, toenemend energieverbruik en korte termijn winstbejag – scoren hoog. Ondanks de aandacht voor opwarming van de aarde als gevolg van klimaatverandering staat dit thema opvallend genoeg niet in de top-10 van meest zorgwekkende duurzaamheidissues.

EcoSmart laptoptassen

Targus brengt de eerste serie laptop tassen op de markt die volledig PVC- en nikkelvrij zijn, en vervaardigd uit kringloopmateriaal, onder de de naam EcoSmart.

Targus EcoSmart laptop tassen zijn vervaardigd aan de hand van de volgende principes:

•Targus gebruikt materiaal zoals CyclePET Nylon – PET polyethylene terephthalate – dit basismateriaal komt uit gerecyclede plastics en verpakkingen voort en nikkelvrije metalen onderdelen die het milieu zo min mogelijk belasten
•Bij de productie wordt gezorgd voor een minimale verspilling van materialen en bronnen
•Targus kiest milieu- en ethisch bewuste leveranciers
•Targus reduceert de hoeveelheid emballage en reclamemateriaal voor zover mogelijk.

Zelf banners geprint? Recycle dan!

Tenminste als je ze op een groot formaat printer van HP hebt geprint. Hp lanceert nl een media recycle programma. Dit om te voldoen aan de toenemende vraag van klanten. Zo willen merkeigenaren steeds vaker weten wat er gebeurt met oude banners. De service is beschikbaar voor zowel printbedrijven als merkeigenaren, als de substraten tenminste door HP werden geleverd.
Gebruikers van het programma kunnen het materiaal verpakken en laten ophalen door vervoerders van HP. De substraten worden naar een firma in Italië gestuurd en gerecycled in onder meer plastic afdekmateriaal.

Het programma geldt voor:
- Met HDPE versterkte banner van HP
- HP Dupont Tyvek-banner
- HP-banner van zwaar textiel
- Kreukvrije vlag met inlegger van HP (de inlegger wordt verwijderd na het afdrukken; deze komt niet in aanmerking voor dit programma en moet lokaal worden verwerkt).

Het schema geldt voor HP klanten in EMEA. HP biedt al een programma aan voor de recycling van printkoppen, inktcartridges en schoonmaak stations.

Groeiend billboard

PEFC Frankrijk heeft een unicum: ’s werelds eerste groeiende billboard. De constructie is gemaakt van 100% PEFC gecertificeerd hout en de letters PEFC bestaan uit levende, groenblijvende planten.

Het gevaarte weegt bijna 3 ton en bevindt zich op 20 meter hoogte nabij de Porte de Clichy, zodat ruim 30.000 automobilisten kunnen het dagelijks bewonderen. Het wordt ’s avonds verlicht met energiezuinige led verlichting.

Imtech bouwt duurzaam hoofdkantoor BNP in Brussel

Imtech bouwt het nieuwe hoofdkantoor van BNP Paribas Fortis in Brussel (Fortis Bank België dat sinds mei 2009 deel uitmaakt van BNP Paribas). Dit ‘green head office’ moet één van de meest duurzame kantoren in België worden. De waarde van de opdracht bedraagt ruim 20 miljoen euro.

Het hoofdkantoor van BNP Paribas Fortis in Brussel bestaat uit vijf geïntegreerde monumentale gebouwen gelegen aan het statige Warande Park. Imtech verzorgt hier onder meer de warmtekrachtkoppeling. Dit is de gecombineerde opwekking van warmte en elektriciteit (kracht) met een hoog rendement. De vrijkomende extra warmte wordt gebruikt voor verwarming. Daarnaast wordt een innovatief ‘BEO-veld’ (Boorgaten Energie Opslagveld) aangelegd. Door diepteboringen op circa 100 meter wordt hierbij koude energie in diepere aardlagen tijdelijk opgeslagen en via een ingenieus en energiezuinig leidingstelstel in de gebouwen gebracht en gebruikt voor de luchtconditionering.

Op de daken worden zonnepanelen aangebracht die het warme water voor het sanitair in het gebouw voorverwarmen. Daarnaast worden diverse hightech energie-efficiënte oplossingen aangebracht, bijvoorbeeld een energiezuinige warmtepomp die in combinatie met het BEO-veld een aanzienlijke extra energiebesparing oplevert. Andere voorbeelden zijn het gebruik van hightech koelmachines met een hoog rendement, de aanwezigheid van luchtgroepen met energieterugwinning en toepassing van speciale koeltorens.

In het kader van een optimale conditionering worden innovatieve koelbalken geplaatst die periodiek op basis van het ‘free-cooling’ principe gebruik maken van energie die beschikbaar is in de buitenlucht. Speciale hoogrendementscondenserende gasketels zorgen voor bijkomende warmte-opwekking. Ten opzichte van traditionele energie-oplossingen kan met de totale mix aan geïntegreerde duurzame oplossingen circa 50% aan energie worden bespaard. Bovendien vindt er een aanzienlijke reductie van CO2-uitstoot plaats. Daarnaast worden door Imtech ook alle elektrotechnische oplossingen op duurzame wijze in het gebouw geïntegreerd, waaronder het duurzame hoog- en laagspanningsnet, de energiezuinige verlichting en het energie-efficiënte datanetwerk.

Veiligheid staat voorop
Imtech realiseert tevens tal van geavanceerde veiligheidsvoorzieningen, bijvoorbeeld de innovatieve toegangscontrole, de complete camerabewaking en de gebouwautomatisering. In de parkeerkelder wordt een hightech rook- en warmteafvoersysteem gerealiseerd dat bij eventuele brand automatisch wordt geactiveerd en alle rook en vrijkomende gevaarlijke stoffen onmiddellijk afvoert. Hierdoor kan evacuatie snel en zonder problemen plaatsvinden en blijft het gebouw voor hulpdiensten bereikbaar.

Eerder verzorgde Imtech de ‘groene’ revitalisatie van het hoofdkantoor van de Deutsche Bank in Frankfurt (120 miljoen euro) en de duurzame technologie in het hoofdkwartier Nederlandse Koninklijke Landmacht in Utrecht (60 miljoen euro).

Hoe groen is een merk?

In Nederland bestaat dit bij mijn weten nog niet, maar in Amerika meet de non-profit organisatie Climate Counts hoe groen een merk is. Er zijn 22 criteria aan de hand waarvan een merk wordt getoetst. Bij kantoormeubilair staat Steelcase bovenaan, elektronica wordt geleid door IBM, op de voet gevolgd door Toshiba. Apple staat hier overigens stijf onderaan.

Google leidt het internet-software segment, terwijl Amazon hier onderaan bungelt. De site is overigens opgezet voor consumenten, niet voor de zakelijke markt, maar geeft toch een mooi beeld en extra informatie.

Philips introduceert LED-downlights – LuxSpace

Volgens Philips leveren LuxSpace downlights, Vergeleken met CFL downlights, energiebesparingen tot 50%. Philips Research berekende dat een kantoorgebouw met een vloeroppervlak van 5.000 m2 dat gebruik maakt van oudere, inefficiënte verlichtingstechnologie over een periode van 15 jaar een besparing zou kunnen realiseren van EUR 300.000 aan bedrijfskosten en 10.000 ton CO2-uitstoot, indien het gebruik gaat maken van de nieuwe technologie.


De downlights leveren volgens Philips een constant wit licht van hoge kwaliteit en met een specifieke lichtstroom van 60 lumen per watt. Dat is ideaal voor toepassing op plaatsen zoals gangen of conferentiekamers waar uiterst nauwkeurige lichtprestaties vereist zijn.

LuxSpace downlights zijn verkrijgbaar in drie formaten en bieden een keuze aan lichtopbrengsten voor de meeste toepassingen. Ze zijn ontworpen voor een inbouwopening van Ø150 mm en onderscheiden zich door een compacte vormgeving, die bijdraagt aan een verdere reductie van afval. LuxSpace downlights hebben een levensduur van 50.000 uur wat de noodzaak beperkt van kostbare en tijdrovende lampvervanging.

Berenschop voert certificeringsaudits uit voor Cradle to Cradle

EPEA en Berenschot gaan samenwerken op het gebied van Cradle to Cradle. Dat hebben prof. Michael Braungart, een van de grondleggers van het Cradle to Cradle -concept en hoofd van de EPEA Internationale Umweltforschung, en prof. Theo Camps, bestuursvoorzitter van Berenschot, bekendgemaakt. Berenschot gaat als onafhankelijke organisatie certificeringsaudits uitvoeren voor Cradle to Cradle.

De audit wordt uitgevoerd door middel van de Key Performance Indicator. Deze indicator geeft aan in hoeverre producten voldoen aan de Cradle to Cradle-methode. “De Key Performance Indicator-audit is snel, goedkoop en transparant. Producten worden allemaal op dezelfde manier beoordeeld, ongeacht of ze door EPEA-partners zijn geproduceerd of niet”, vertelt prof. Braungart. “De audit vergroot de geloofwaardigheid in de markt en is onafhankelijk van EPEA.”

Prof. Braungart: “EPEA heeft voor Berenschot gekozen omdat we uit ervaring weten dat bedrijven die innovaties in het kader van Cradle to Cradle het beste doorvoeren, bedrijven zijn die ook innovaties doorvoeren in hun managementstijl. Hiervoor is verandermanagement noodzakelijk.”
Theo Camps: “Met de Key Performance Indicators kunnen bedrijven hun jaarlijkse voortgang ten opzichte van C2C-doelen meten. Dat is ook een basisdoelstelling van de Cradle to Cradle-methode: voortdurende, meetbare verbetering.”

“Berenschot heeft vastgesteld dat Cradle to Cradle een waardevol hulpmiddel is bij verander-management en innovatie gericht op verbetering van de productkwaliteit. Deze audit is dan ook een waardevolle aanvulling op onze portfolio met managementservices.”
Berenschot is de eerste organisatie in Nederland die deze service aanbiedt. Verwacht wordt dat ook andere bedrijven en overheidsinstanties in Europa gaan deelnemen aan het programma.

De auditprocedure is eind oktober 2009 beschikbaar.